Dit jaar viert Den Haag honderd jaar Nieuwe Haagse School. De architectuurstroming uit het interbellum gaf de stad een chique gezicht met woonhotels, villa’s en portiekgebouwen van baksteen. Een rondgang met architectuurhistoricus Marcel Teunissen, auteur van meerdere boeken over deze bijzondere bouwstijl.

Natuurlijk, de Nieuwe Haagse School is beroemd om de ‘schoone eenheid’. Marcel Teunissen publiceerde onder deze titel de stijlbijbel over deze stroming. In juni jl. verscheen 100 jaar Nieuwe Haagse School. Centraal in beide boeken staat het Gesamtkunstprojekt van architect en stedenbouwer Berlage, waarin de stad werd gezien als het schoonste kunstwerk van de mens. Alle schaalniveaus – van baksteen tot stad, van straat tot gebouw – verenigd in één harmonieuze compositie. Met het citaat ‘Städte bauen heisst mit dem Hausmaterial Raum gestalten’ begint Berlage zijn toelichting van het Plan tot uitbreiding van ’s Gravenhage uit 1908. Het grote project dat voor het eerst de stad als één entiteit beschouwt. Met de schetsplanmethode bracht men verschillende soorten gebouwen en stedelijke ruimten samen.

Nieuw hoofdstuk

De Van Hogenhoucklaan in het Benoordenhout is in veel opzichten een bijzondere stedelijke ruimte. Hier staan drie projecten waar Marcel Teunissen het werkelijke vakmanschap ontwaart van de Nieuwe Haagse School. Gebouwd door architecten met een onduidelijke opleiding en status. Was Lourijsen wel echt een architect? En Co Brandes? Die alleen een avondopleiding bouwkundig tekenaar had voltooid. Henk Wegerif schijnt het vak op een studiereis in Amerika geleerd te hebben. Om van Herman Lelie maar niet te spreken, die was eigenbouwer, iemand die het vak met zijn handen had geleerd. De architectenbond BNA weigerde hem als architect te erkennen.

Het verhaal gaat dat Lelie daarom vrijwel niets verdiende als architect en na zijn dagelijkse tekenarbeid als postbezorger in het gezinsinkomen moest voorzien. Maar het waren denkers met hun handen, doeners met steen, hout en beton. Niet bewust van het verleden schreven zij een nieuw hoofdstuk in de architectuurgeschiedenis. In het Benoordenhout vonden ze luxe woonhotels en betaalbare stadsvilla’s uit.

Stoer beton

Deze woonhotels zijn voorgangers van de moderne naoorlogse appartementengebouwen. Verder lezen? Klik dan hier en lees verder op pagina 42 t/m 45 van LEVEN! Magazine #39

Vrienden van Den Haag
De Vrienden van Den Haag bewaken bij bouwplannen in de stad de
juiste balans tussen behoud en vernieuwing. In deze exclusieve serie
belichten zij telkens een opvallend stedenbouwkundig onderwerp. Meer
informatie is te vinden op www.vriendenvandenhaag.nl

Tekst Leo Oorschot
Fotografie Haags Gemeentearchief, Leo Oorschot, Provast