Ik ben een fervent horecaliefhebber. En ik ben een hardloper. Maar dat eerste is wellicht geloofwaardiger, dus vergeet het tweede. De horecabranche krijgt harde klappen en is ook nog eens behoorlijk in de schaduw komen te staan de afgelopen maanden. Niet alleen onze premier vergat de horecaondernemers een hart onder de riem te steken tijdens de piek van de coronacrisis, ook de gemiddelde Nederlander heeft, ben ik bang, niet in de gaten hoe belangrijk het werk van deze mensen is en hoe hard ze getroffen zijn.

We zeiken in dit land over het algemeen namelijk gretig op de horeca. Het is te duur, je krijgt wel erg weinig op je bord, de obers zijn sloom en degene die hun nek uitsteken, de horecabaasjes, zijn louche zakkenvullers. Je zal het überhaupt nog in je hoofd halen om een restaurant te openen. Maar ok, het is nu eenmaal een gegeven. Zeikers horen erbij en op je tanden bijten net zo goed. Fair deal. Maar toen was daar ineens Corona en weg was de fair deal. Met ondernemersrisico had dit niets meer te maken, ook al hoorde je dat uit alle hoeken. In de media en vanuit politiek Den Haag ging meteen alle aandacht uit naar het zorgpersoneel. Terecht ook. Want dat zijn natuurlijk ook helden. En dus klapte Nederland zijn handen stuk. Een typisch Nederlandse moralistische reflex als je het mij vraagt. Aan je buren laten zien dat jij klapt wordt meteen alweer belangrijker dan de mensen waar het écht om gaat. ‘Ja, maar het verbindt ook’, was de bijvangst van dit polderevent. Ok, met zijn allen klappen verbindt. Wil ik geloven. Is ook nodig. En als er een symbool gevonden moet worden om zorgpersoneel te eren, wil ik het best gedogen. Zeker in een tijd dat situaties en gelegenheden wegvallen die ons sociaal écht bij elkaar brengen, zoals werkomgeving, sportverenigingen en de horeca. Eens te meer werd namelijk ook duidelijk dat sociaal contact erg belangrijk is voor ons wel en wee. Vooropgesteld dat het bestrijden van Corona bittere noodzaak is, moeten we ook niet uit het oog verliezen dat er meer nodig is om onszelf gezond te houden. Goed eten, sporten, maar ook sociale contacten zijn bepalend voor hoe wij ons voelen. Zo hebben we allemaal een Nervus Vagus, ofwel; de zwervende zenuw; ofwel de tiende hersenzenuw, aangeduid in de wetenschap als n.X. Het is de langste en meest complexe zenuw in ons lichaam en heeft veel invloed op ons mentale welzijn. En raad eens hoe de zenuw positief geprikkeld en onderhouden wordt? Juist, door je vol te laten lopen in de eerste de beste horecagelegenheid. Nee, maar wel door elkaar daar, op gepaste afstand, te blijven ontmoeten, samen een wijntje drinken, om elkaar te lachen, in elkaar verdiepen. Meerder studies wijzen uit dat er een verband bestaat tussen vrolijke sociale contacten, positieve emoties en lichamelijke gezondheid. En waar vind je dit medicijn vooral? Juist in uw restaurant, uw kroeg of uw strandtent. De plekken die gecreëerd zijn door de mensen waar we zo graag op zeiken en die we het liefst zakkenvullers noemen. Maar je zou ook eens kunnen spreken van onze sociale ruggengraat. Gekmakend moeten deze tijd voor ze zijn geweest. En alsof het allemaal nog niet erg genoeg was, hoorde je om je heen ook regelmatig de ‘typisch Nederlandse’ geluiden: ‘Nu merk je eigenlijk dat je lekker veel geld op zak houdt, door gewoon te gaan picknicken. Net zo gezellig ook.’ Het is te hopen dat deze picknickers nooit hun baan verliezen en voor altijd kunnen blijven picknicken. Het liefst ver weg als u het mij vraagt. Misschien kunnen we een open picknick plaats creëren op die lege cruiseschepen voor de kust.

Dan gaan wij, u en ik, wel weer gewoon lekker uit eten. Vanzelfsprekend met de 1,5 meter in acht nemend. En natuurlijk gaan we niet zitten klappen voor de obers. Maar misschien wel wat minder zeiken om te weinig eten op je bord en gewoon genieten van hetgeen we allemaal samen hebben.

Heren en dames van de horeca, ik proost op u. Bedankt!

Meer lezen? Klik dan hier en lees verder op pagina 137 van LEVEN! Magazine #45