Tegenwoordig staan er op zomerse dagen lange files en ook vroeger was het niet eenvoudig om Scheveningen te bereiken. Het was Constantijn Huygens die in de 17e eeuw een verharde weg liet aanleggen. Ooit bemoelde men met de paardentram of stoomtrein naar zee. Zal er nu een metro komen?
Naar Scheveningen om een frisse neus te halen – lang was dat bittere noodzaak voor de Hagenaars als in de zomer de grachten stonken. Je moest er wel wat voor over hebben, want het was moeilijk lopen en rijden over het zandpad door de duinen. Buiten de bebouwde kom waren er geen stenen wegen.
Halverwege de 17e eeuw kon Constantijn Hugens, secretaris van verschillende stadhouders, het niet langer aanzien. Hij ontwierp een verharde weg vanaf de rand van de stad naar de Keizerstraat; deze zogenaamde ‘Zee-straet’ heet nu Scheveningseweg. In november 1665 was de weg klaar. Huygenswas net op tijd in de stad terug om dit mee te maken: trots schreef hij een lang gedicht over de weg.
Vanaf 1818 ontwikkelde Scheveningen zich tot een luxe badplaats, maar dat waren andere tijden, terug naar de onze. Tegenwoordig gaan de meeste mensen immers met de auto naar Scheveningen en dat verkeer loopt op zomerse dagen helemaal vast. In de Agenda Ruimte voor de Stad stelt.de gemeente nu voor om een metro van het Centraal Station naar Scheveningen aan te leggen. Voor velen is dit een vermetel project, maar vond men 3 en een halve eeuw geleden ook van de ‘Zee-straet’. In ieder geval is er onder het Centraal Station ruimte voor gereserveerd.
Meer lezen over de geschiedenis van Scheveningen? Of benieuwd wat er vandaag de dag allemaal te doen is? Klik hier voor de zomer editie van LEVEN!
Tekst door Jacob Bijl
Fotografie Jacob Bijl en Beeldbank